Knack Weekend Online (BE)
Moeder en dochter voor en achter de lens: ‘Enkel zij kan me fotograferen’
Interview door Lotte Philipsen
26 September 2018
NL
Onder de noemer memymom werken Marilène en Lisa samen aan hun gezamenlijke fotografische universum. Het fotografiemuseum in Charleroi stelt hun werk van de voorbije achtentwintig jaar tentoon. ‘Het is de ideale introductie. Je ziet meteen onze evolutie en de dynamiek tussen ons.’
Marilène Coolens (° 1953) en Lisa De Boeck (° 1985) werken al achtentwintig jaar samen aan fotoprojecten, die startten met de kleine Lisa voor de lens van haar fotograferende moeder. Naarmate de jaren verstrijken, staat ook Lisa steeds vaker achter de camera en werken de vrouwen samen aan intrigerende beelden, geïnspireerd door films en kunst.
Nog tot 20 januari 2019 stellen ze tentoon in het Musée de la Photographie in Charleroi. De memymom expo is een retrospectieve van het werk van het duo. Naar aanleiding van de tentoonstelling brengt Ludion ook een boek uit met foto’s vanuit de jaren negentig tot recent werk.
Jullie hebben allebei geen opleiding tot fotograaf gevolgd. Hoe hebben jullie er toch jullie beroep van gemaakt en waarom hebben jullie ervoor gekozen om geen scholing te ondergaan?
Lisa: Het grootste voordeel van autodidact-fotograaf te zijn, is de vrijheid. Ik zou waarschijnlijk niet het soort beelden maken die ik nu maak als ik een opleiding had gevolgd. Opleidingen zijn natuurlijk nuttig, je kunt er zeker op technisch vlak veel bijleren. Maar de eigen stijl die we hebben ontwikkeld, komt deels doordat we autodidact zijn. We staan volledig los van de norm. Ik was nooit echt een goede match met schoolse omgevingen. Ik blokkeer er.
Marilène: Dat klopt. Het is niet altijd gemakkelijk om los van de norm te werken, maar het werkt voor ons. Ik ben van een andere generatie als Lisa. Ik heb op een strikt internaat gezeten en het was toen moeilijker om creatief uit te breken. Onze generatie heeft haar kinderen meer creatief gestimuleerd. Zo ben ik mijn eigen ding beginnen doen, zonder me veel aan te trekken van wat anderen van mijn werk dachten.
Lisa: Toen ik samen met mijn moeder ben gestart met memymom, werkte ik ernaast nog fulltime. Het was heerlijk dat ik naast geld verdienen iets creatief kon doen. Nu werk ik fulltime als fotograaf. Om te slagen, moest ik die sprong wagen. Het was geen evidente keuze, je moet het met minder doen, maar de vrijheid maakt heel veel goed. Kiezen voor je passie is een ongelooflijk gevoel.
Was het moeilijker om je weg te vinden zonder netwerk?
In koor: Absoluut.
Lisa: In 2004 zijn we begonnen met memymom, meer voor het plezier. We maakten samen beelden – wat we nu het digitale tijdperk noemen – en amuseerden ons heel goed.
Marilène: Het was een leerproces
Lisa: Een zestal jaar hebben we geoefend. In 2010 hebben we wat andere kunstenaars leren kennen en die vroegen ons of we niet wilden tentoonstellen. Dat was de eerste keer dat we ons realiseerden dat exposeren een mogelijkheid was. Voor mij was dat ook de eerste keer dat ik het gevoel had dat we een consistentie hadden in onze beelden. Zo is het begonnen, zonder netwerk. En ook nu werken we nog buiten het officiële systeem.
Marilène: Het is echt tof dat we dit hebben kunnen uitbouwen op onze manier. Het blijft iets van ons.
Lisa: Op een bepaald moment hebben ook wat afstand genomen van de kunstwereld. Het is een heftige wereld en we willen liever op ons tempo verder ons oeuvre uitbouwen. Ik denk niet dat we er ooit helemaal in zullen passen, maar dat is ook niet erg. Ik ben gewoon geen groepspersoon. We vinden het fijn om in ons eigen universum onze beelden te maken, zonder druk van buitenaf. Voor mij is geslaagd zijn als artiest precies dat. Het is belangrijk voor ons om onze eigen intimiteit te kunnen opeisen. We zijn in de eerste plaats voor onszelf beginnen maken. Daar halen we genot uit. Én ervan kunnen leven natuurlijk (lacht)
Momenteel loopt jullie eerste solotentoonstelling in een museum. Dat is al meer volgens het gangbare circuit. Hoe ervaren jullie dat?
Lisa: Je hebt mensen die je helpen en een professioneel instituut om mee samen te werken. Dat zijn we niet gewoon.
Marilène: Je moet ook rekening houden met hen.
Lisa: Xavier Canonne, de directeur en curator, heeft ons geholpen om een lijn te stoppen in de expo. Hij vroeg ons welk verhaal we wilden vertellen. De kijker moet de tentoonstelling kunnen lezen en meegezogen worden in het verhaal. Het eindresultaat zit goed in elkaar.
Marilène: Het is heel moeilijk om een keuze te maken in de beelden. Er is zoveel om te tonen.
Lisa: De tentoonstelling is perfect als introductie van wie we zijn en wat we doen met memymom. Je ziet meteen de evolutie in ons werk en de dynamiek tussen ons als duo. We zijn twee mensen die goed overeenkomen. We overstijgen de moeder-dochterband door onze samenwerking.
Jullie foto’s worden gekenmerkt door theatrale ensceneringen, die een eigen wereld scheppen. Hoe creëer je een wereld met twee?
Marilène: Het begint meestal met een van ons twee die een idee heeft. We vertellen elkaar erover en zo rijpt dat idee verder. We leggen linken met dingen die we kennen, zoals films en boeken. Maar het moet ook wel verbonden zijn met de echte wereld.
Lisa: Het vertrekt vanuit een persoonlijk verlangen, maar uiteindelijk moet het ook wel iets zeggen over een breder thema. Zeker in ons laatste hoofdstuk. We hebben het gevoel dat we iets moeten zeggen over de tijden waarin we leven. Dat is niet altijd evident en je kunt het misschien niet meteen zien, maar we stoppen er wel altijd een extra laag in, een dubbele bodem.
Jullie moeten misschien ook minder uitleggen aan elkaar dan aan andere mensen?
In koor: Ja
Lisa: Wij kunnen spreken zonder woorden. Ik kan naast Marilène zitten en voelen wat ze denkt.
Lisa, wanneer kreeg je het gevoel dat je zelf actief wilde deelnemen aan het maken van de beelden?
Lisa: Toen ik zestien à zeventien was, begon ik actiever mee te werken aan de beelden. We hebben toen een foto gemaakt, ‘She Can Can’, waarvoor we samen naar de Inno zijn geweest om kleren te kopen in de stijl van de Moulin Rouge van Baz Luhrmann. Ik moest en zou dat naspelen.
Marilène: Eigenlijk had je zelfs al vroeger een actieve stem in het proces. Je had al snel een mening.
Lisa: Maar toen we met memymom zijn begonnen, ben ik ook echt beginnen fotograferen en werken met Photoshop.
Marilène: We hebben veel van elkaar geleerd. Op een gegeven moment wilde Lisa me niet meer tonen hoe Photoshop werkte, en toen ben ik zelf beginnen experimenteren.
Lisa: En ze is er sneller mee weg dan ik.
Marilène: Ik vind digitale fotografie veel leuker dan analoog. Je kunt echt ‘schilderen’ met Photoshop. Niet dat we mensen mooier maken, zeker niet. Het is gewoon een leuke tool om onze beelden nog meer te laten passen in een bepaalde sfeer.
Was de samenstelling van de beelden voor de expo en het boek ook een duik in jullie persoonlijke verleden?
Lisa: Dat viel deze keer mee, omdat we de beelden al zo vaak gezien hebben. De foto’s uit mijn kindertijd hebben we enkele jaren geleden al moeten selecteren. Toen was dat wel heftig, een echte uitputtingsslag. Nu zijn de foto’s werkmateriaal geworden. Er is gewenning opgetreden en dat maakt het minder emotioneel.
Marilène: Het idee om de oude foto’s boven te halen kwam van jou.
Lisa: Ja, dat klopt, het was een voorstel van mijn inmiddels overleden vader. Hij stelde voor om een fotoboek samen te stellen. Vanuit mezelf had ik dat waarschijnlijk niet gedaan, maar ik zag het als een soort erfenis voor mijn vader.
Ondertussen zie ik mezelf niet meer in die beelden. Ik zie de foto’s meer als een geheel, in plaats van een representatie van mij. Soms denk ik zelfs: ‘dat kind had wel lef.’ Je bent als kind veel ongeremder dan als volwassene. Tijdens het maken van de foto’s, kende ik geen schaamte. Wanneer je ouder wordt, verlies je die spontaniteit. Je begint na te denken over wat anderen van je denken.
Zijn de foto’s dan nu meer georkestreerd?
Lisa: De beelden zijn zeer goed uitgedacht, maar de energie tussen ons tijdens een shoot blijft wel hetzelfde. Je zou ons bezig moeten zien (lacht). Alleen Marilène kan mij echt fotograferen.
Marilène: Je bent op je gemak bij mij.
Lisa: Omdat ze het juiste oog heeft en de juiste intentie. Dat maakt het verschil. Ik voel me veilig bij haar. Mijn echte zelf zal je echter nooit zien op de foto. En ook Marilène staat er altijd op met een masker of onherkenbaar gemaakt. Maar soms laat ik haar poseren voor testfoto’s…
Marilène: En dan heeft ze me liggen.
Lisa: Dat is leuk, want dat zijn vaak nog spontane foto’s. Ik moet zwaar lobbyen om haar ook op de foto te krijgen.
Dat is herkenbaar, er zijn heel wat mensen die niet graag op de foto staan.
Marilène: Jezelf zien op beeld, is een beetje zoals je eigen stem achteraf horen. Het voelt altijd heel raar, want je herkent jezelf ergens niet.
Lisa: Daarom leef ik me graag in voor de foto en kruip ik in de huid van een personage. Dat maakt het makkelijker om te poseren. Ik ben ook niet iemand die gemakkelijk selfies neemt. Dat druist in tegen wie ik ben, waardoor ik me ongemakkelijk voel. Toen ik een kind was, speelde ik zonder schroom Hollywoodpersonages na. Toen ik een tiener werd, dacht ik: ‘Wie moet ik nu worden?’
Marilène: Echt?
Lisa: Ja. Ik wilde natuurlijk gewoon Lisa zijn, maar ik wist niet of dat kon in deze wereld. Als tiener ben je je heel bewust van verwachtingspatronen. Nu begrijp ik dat ik gewoon mezelf kan zijn.
Marilène: Het lijkt wel alsof het in deze tijden terug moeilijker wordt.
Lisa: De tijden zijn aan het veranderen, dat is eng
Marilène: Conservatisme rukt op.
Lisa: Het komt voort uit angstgevoelens denk ik. Dat keurt het natuurlijk niet goed. Ik geloof in een wereld waarin iedereen gelijk is. We zijn bezorgd om dit soort zaken en willen er daarom graag met onze foto’s – via dubbele bodems – iets over zeggen.